Deze week hebben we het op school veel gehad over de ruimtevaart en André Kuipers in het bijzonder. Apart om in de kerstweek het over iets te hebben dat buiten de aarde ligt trouwens.
Ook in deze kerstweek hebben we op school 110 kerststukjes gemaakt. Overal zag je leerlingen bezig met oase, balletjes, slingers en twee stukgeknipte kerstbomen. We zouden die kerststukjes brengen naar Eben Haezer, een verzorgingshuis in de buurt.
Donderdag was het zover. Door onze wijk liepen 100 kinderen met 110 kerststukjes door de miezerige regen. Twee handen nodig om één en ander niet weg te laten waaien! Bij het tehuis werd het steeds rustiger. De kinderen werden steeds stiller, zo'n tehuis was voor hun iets van een andere planeet.
Binnen liepen we in een groep naar de kamertjes van de mensen. De eerste bejaarde zat in haar rolstoel op de gang. Een kleine, kwetsbare vrouw in een dik vest op een snoeihete gang. Voorop stond een vaak drukke, Surinaamse jongen die net op school is. Hij wist die week heel veel te vertellen over onze eigen astronaut André. De begeleidster van het tehuis sprak tegen de jongen de voor mij nu al ontsterfelijke woorden:"Ik denk dat mevrouw Kuipers heel blij is met jouw kerststukje, jongen." De mond van hem viel open en met grote ogen draaide hij zich naar mij om. "Meester, is dat de moeder van André Kuipers?" En wat zeg je dan? Stel je zo'n jongen teleur door de waarheid te vertellen? Ga je liegen? Ik hield het maar op "dat zou best eens kunnen, man". Die blik van hem: buitenaards!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten